Waarom praten zo lastig is na zelfdoding (en hoe je het wél kunt doen)

Na een zelfdoding merken veel nabestaanden dat mensen in hun omgeving stilvallen. Soms vermijden vrienden of collega’s het gesprek omdat ze bang zijn iets verkeerds te zeggen. Dat kan ontzettend eenzaam voelen. Maar waarom is praten zo moeilijk, en wat kan helpen om tóch woorden te vinden?

Het taboe dat blijft hangen

Zelfdoding roept vaak schaamte en schuldgevoel op. Nabestaanden vragen zich af of ze iets hadden kunnen doen, terwijl de omgeving bang is om pijn te veroorzaken door verkeerde woorden te gebruiken. Daardoor ontstaat er een muur van stilte, terwijl er juist behoefte is aan nabijheid.

Gevoelens die meespelen

Schuld en onbegrip zijn bijna universeel. “Waarom zag ik dit niet aankomen?” of “Wat had ik anders kunnen doen?” zijn vragen die vaak terugkeren. Tegelijk is er angst voor het oordeel van anderen. Zulke gevoelens zijn normaal, maar ze kunnen het gesprek extra beladen maken.

Kleine stappen naar een gesprek

Praten hoeft niet groots of ingewikkeld te zijn. Je kunt beginnen met eerlijk te zeggen dat je geen woorden hebt, maar wel de behoefte om te delen. Soms is een simpel “Ik ben er” sterker dan welke lange zin ook. Het kan ook helpen om een vertrouwde plek te zoeken, zoals een lotgenotengroep of een therapeut, waar je zonder oordeel kunt praten.

Woorden vinden na een zelfdoding is moeilijk, maar het hoeft niet stil te blijven. Wil jij in een veilige omgeving praten met mensen die begrijpen wat je meemaakt? Verdr biedt bijeenkomsten waar ruimte is voor jouw verhaal.

Scroll naar boven